Echografie bij een fysiotherapeut of in het ziekenhuis?

U bent voor klachten in uw arm of been bij uw huisarts geweest. U krijgt het advies een echo te laten maken.

Indien het een mondeling advies is, kan dit alleen bij een fysiotherapeut. Een verwijzing is voor fysiotherapie niet nodig.

Indien u op papier een verwijzing krijgt, kunt u ook naar het ziekenhuis gaan. Of naar een zelfstandig diagnostisch centrum zoals Saltro. Hetzelfde geldt als de verwijzing digitaal is (Zorgdomein). In principe bent u vrij om te kiezen waar u heengaat. Naar een fysio, het ziekenhuis, of zelfstandig centrum.

Het heeft toch voordelen om naar een fysiotherapeut te gaan.

  • De wachttijd is korter
    Bij een fysiotherapeut kunt u over het algemeen veel sneller een plek krijgen. Niet elke radioloog maakt echo’s van arm of beengewrichten. Als die ene net weg is, of geen tijd heeft, kan de wachttijd al snel een paar weken zijn. Zeker omdat er zelden “spoed” is. Iemand met schouderpijn krijgt geen voorrang.
  • U krijgt na afloop de uitslag te horen.
    De radioloog (of laborant) in het ziekenhuis zal u geen uitslag geven. Maar doorsturen naar de huisarts. Die zal u vertellen wat er was te zien. In feite krijgt u de informatie tweedehands. Een fysiotherapeut vertelt de uitslag direct na het onderzoek.
  • Het onderzoek is uitgebreider.
    Stel op de verwijzing staat “letsel van de supraspinatuspees”? In het ziekenhuis wordt deze pees bekeken. Niet meer dan dat. De vraag is beantwoord, het onderzoek is klaar.
    Een fysiotherapeut onderzoekt over het algemeen het hele gewricht. Hij / zij wil ook weten hoe de conditie is van de andere pezen / spieren / banden.
  • Het onderzoek duurt langer
    In het ziekenhuis worden orthopedische spreekuren georganiseerd. Inclusief echografische diagnostiek. De tijd is veelal te kort voor een volledig onderzoek. Er wordt snel gecontroleerd op de meest voorkomende aandoeningen. Dat zal vijf à tien minuten duren? Daar blijft het bij.
    Buiten het ziekenhuis, in de praktijk van een fysiotherapeut, worden alle pezen en banden van een gewricht bekeken. Dat kost meer tijd.
  • De therapie van de fysiotherapeut sluit beter aan.
    In het verslag van de radioloog staat veelal een algemene omschrijving. Bijvoorbeeld “uitgebreide calcificaties in de cuffpezen” (lees: verkalkingen in schouderpezen). Dit is te behandelen door een fysiotherapeut met shockwave. Maar waar zit de verkalking? Staat niet in het verslag. Als de fysiotherapeut zelf de echo maakt, kan hij dit op de milimeter nauwkeurig vertellen. De shockwavebehandeling of percutane electrolyse komt daar waar het kalkdepot ligt.
  • De therapie van de huisarts sluit beter aan.
    De samenwerking tussen huisartsen en fysiotherapeuten die echo’s maken wordt steeds beter. Bij een verkalking kan de huisarts kiezen voor een lokale injectie met ontstekingsremmers (corticosteroiden). De fysiotherapeut kan aan de huisarts exact vertellen waar de verkalking zit. En waar het best geprikt kan worden. Ideaal is als de fysio zelf aanwezig is. Op het echo-apparaat kan worden gecontroleerd of de naald op de goede plek zit.
  • Het is goedkoper
    Indien de echo wordt gedaan als onderdeel van een fysiotherapeutisch onderzoek / behandeling, dan wordt het vergoed uit uw aanvullende verzekering.
    Zo niet, dan is de echo voor eigen rekening. Het wisselt, maar de prijs ligt tussen 50 en 80 euro.
    De tweede lijn is duurder. In 2019 kost een diagnostische echografie van de schouder in het Flevoziekenhuis 87 euro (Echografie van de bovenste extremiteit(en) – code 084070). Bij Saltro kost dit 91,95 euro. Meestal duurt het 15 tot 20 minuten. Bij een fysiotherapeut ongeveer 30 tot 40 minuten. In het ziekenhuis dus zeker 2x zo duur dan bij een fysiotherapeut.
  • Het wordt vergoed uit uw aanvullende verzekering
    Als het in het ziekenhuis wordt gedaan, dan valt het onder uw basisverzekering. Het verplichte eigen risico van 385 euro is van toepassing. Heeft u dit nog niet gebruikt? Dan betaalt u de echo zelf. Bij een fysiotherapeut gaat het uit uw aanvullende verzekering. Het verplichte risico geldt niet voor de aanvullende verzekering.